Hallo, vandaag gaan we verder met onze reguliere studie van het boek *Brit Shalom*, dat richtlijnen geeft voor Bnei Noach (Noachieten) we zijn in het tweede deel van het eerste hoofdstuk, vanaf paragraaf vier en verder.
De vorige keer hebben we besproken hoe iemand de bindende aard van de Noachitische wetten accepteert. Maar naast het accepteren van deze wetten, is een persoon ook verplicht om ze na te leven. Net zoals iemand die de wetten van een land accepteert, kan beslissen om ze wel of niet te volgen, moet een Noachiet de geboden niet alleen accepteren, maar ook naleven. Dit staat in sectie vier: “Naast het accepteren van de geboden is ieder mens verplicht om ze ook daadwerkelijk na te leven.”
Iemand die de Noachitische wetten niet accepteert of naleeft, wordt in de rabbijnse literatuur een “goy” of “nokhri” (een heiden of buitenlander) genoemd. Echter, iemand die deze wetten accepteert en naleeft, wordt een “Ben Noach” (Noachiet) genoemd. We hebben hier dus een onderscheid, zoals besproken in de rabbijnse literatuur, dat ons zal helpen het verschil te begrijpen tussen wat wij een “nokhri” of “goy” noemen en iemand die een “Ben Noach” wordt genoemd. Een Ben Noach is iemand die de Noachitische grondwet heeft geaccepteerd en deze naleeft.
Hoe accepteer en respecteer je deze grondwet? Iemand kan dit privé doen, zonder zich tegenover iemand te hoeven verantwoorden. Er is echter ook een formele verklaring van acceptatie van de zeven Noachitische wetten. Hoe wordt dit gedaan? Het houdt in dat je voor een rechtbank moet verschijnen, net zoals wanneer iemand zich tot het Jodendom wil bekeren (Jood wil worden), wat voor een rechtbank moet gebeuren. Op dezelfde manier wordt de acceptatie van de zeven Noachitische geboden en de speciale status van een Ben Noach gedaan voor een rechtbank van drie rabbijnen.
Waarom? Om ervoor te zorgen dat het Joodse volk zijn verplichtingen tegenover Bnei Noach nakomt. Het Joodse volk, de Israëlieten, hebben belangrijke plichten die ze moeten nakomen tegenover Noachieten- hen met eerlijkheid en liefde behandelen. Dit vereist identificatie en daarom vindt de aanvaarding van de geboden plaats voor een rechtbank.
Het gaat echter niet alleen hierover. De Talmoed stelt dat hoewel de Bnei Noach oorspronkelijk de zeven geboden hadden geaccepteerd, zij deze later vergaten. Het was alsof zij bevrijd waren van deze grondwet, totdat de Tora van Mozes kwam en hen eraan herinnerde dat zij nog steeds verplicht zijn. Daarom herstelt acceptatie voor een rechtbank de vorige status van de Bnei Noach, zoals die was na de zondvloed.